Dubbele belasting vermijden
Het desbetreffende verdrag heeft tot doel dubbele belasting van eenzelfde inkomen te vermijden. Inzake dividenden bepaalt de tweede alinea van artikel 19A van het verdrag :
“Voor de in vorenstaand lid bedoelde inkomsten en opbrengsten, die door andere verblijfhouders van België worden verkregen, alsmede voor de inkomsten en opbrengsten uit roerende kapitalen, die onder het in artikel 16, paragraaf 1, omschreven regime ressorteren en die in Frankrijk de inhouding bij de bron werkelijk hebben ondergaan, wordt de belasting in België verschuldigd op hun bedrag netto van Franse inhouding, verminderd, eensdeels, met de tegen het gewone tarief geïnde roerende voorheffing en, anderdeels, met het forfaitair gedeelte van buitenlandse belasting dat onder de door de Belgische wetgeving vastgestelde voorwaarden aftrekbaar is, zonder dat bedoeld gedeelte minder dan 15 pct. van het evenvermelde nettobedrag mag belopen.”
België overtreedt voormelde verdragsregel sinds het in 1988 het voordeel van het forfaitair gedeelte van de buitenlandse belasting (FBB) voor particuliere beleggers heeft afgeschaft en dit enkel heeft behouden in het kader van de professionele activiteit. Voordien liet het Belgische interne recht een natuurlijke persoon inwoner van België toe een forfaitair gedeelte van de Franse belasting vastgesteld op 15% van het nettobedrag te verrekenen met de in België op het dividend verschuldigde belasting.
Sindsdien heeft deze situatie van dubbele belasting aanleiding gegeven tot meerdere gerechtelijke betwistingen, onder meer voor het Europees Hof van Justitie [2], maar tot op heden zonder succes.
Gunstig arrest van het Hof van Cassatie
Het Belgische Hof van Cassatie heeft in een recent arrest van 16 juni 2017 (F15.0102.N) geoordeeld dat de bepalingen van internationaal recht voorrang moeten hebben op de bepalingen van het interne Belgische recht. Het Hof stelt vervolgens dat de Belgische Staat moet voorzien in een aftrekbaar forfaitair gedeelte van buitenlandse belasting ten belope van minstens 15% van het nettobedrag van het dividend ontvangen door een natuurlijke persoon, zonder dat het intern recht bijkomende voorwaarden mag opleggen.
In dit arrest heeft het Hof van Cassatie gehoor gegeven aan de grieven van de belastingplichtige die dividenden van Franse oorsprong ontvangen en die een dubbele belasting ondergaan zonder mogelijkheid van verrekening zoals het verdrag het voorziet. Het Hof van Cassatie baseert haar redenering op de schending van voornoemde verdragsregels en niet op een schending van het principe van vrij verkeer van kapitaal zoals vastgelegd in artikel 63 van het EU verdrag.
Terugbetaling mogelijk
Op basis van deze rechtspraak zijn belastingplichtigen in principe gerechtigd om een deel van de door hen betaalde belasting, die betrekking heeft op dividenden van Franse oorsprong sinds 1 januari 2012, terug te eisen vanwege de Belgische fiscale administratie.